Nr.
Titel
Tekst
1
3152
Aan zee
Top 1000
Aan zee vond ik een woord dat ik niet kende,
klam en halfvergaan, het vroeg om mijn
ontfermen. Ik heb mijn plicht gedaan
en voedde het met huiselijkheid, joeg warmte
door zijn inktgestel, liet het de kamers
van mijn longenhuis verkennen.
Daar ontmoette het betekenis, zij raakten
toegenegen, wij gingen uit elkaar. Die avond dronk ik
rode wijn, doorbladerde een boek herinneringen
en kwam hun foto tegen. Ik ben teruggegaan
naar zee, beschreef in zand hun silhouet
en wachtte op het wassen van de maan.
2
3150
Imago
Top 1000
Ik besloot iets te doen
aan het imago der dieren.
Voorzag slangen van eendengekwebbel
en rustte meeuwen uit met hertenoog.
Ik gaf konijnenoor aan krokodillen
poezenvacht aan vis en spinnen
hamsterneusjes. Een egeltje een bariton.
Zo werd het avond, nog was het
niet genoeg gedaan, tot ik
een pissebed liet ronken, een
naaktslak een geweitje plaatste.
Ik sliep tevreden in, om mijn hoofd
cirkelden muggen, zacht zingend
uit hun nachtegalen strotjes
3
3151
nacht, de dood en een pony
Top 1000
Nacht is voor slaap en de liefde, voor
blinde geluiden, gedichten, de dood
is daar niet. Die komt op een middag
op maandag, vraagt of het schikt
dat hij plaatsneemt en wacht op je woorden
(nu is het mooi als je schrift het begaf)
laatst zag ik de dood, een pony in Houten
zijn rug hol, lang had hij de wereld gedragen
zwijgzaam was hij, zijn gras zat hem dwars
4
3145
paadje
Top 1000
elke stap een afscheid van wat anders, wat je ook
had kunnen doen, er is veel elders (en dat blijft zo)
voeten die van mij zijn maken ontoereikend
grafjes in de aarde, kerkhoftuintjes.
er passen niet gebaande paden in -
we gaan, er is tekort aan toedektijd, laat maar
drogen aan de lucht en vindbaar blijven
leefbaar voor derden net als wij.
we vinden pootafdrukken, stellen ons
de wezens voor die daaraan ten grondslag lagen
kijk hoe ze waadden in hun soortelijk gewicht
vast wensten ze zich ons als hun bestemming
Nr.
Titel
Tekst
1
3659
Bezoekuur
Top 1000
Hier houdt in groepjes mensenvlees
veel vrolijkheid zich schuil
en wij, met onze onderdelen
hangend aan ons als verhalen
Bloemenofferandes drinken we, puur zonlicht
er zijn nu eenmaal ramen hier en
tekens aan de wand, nou ja:
de buitenmuur waarlangs wij eerder kwamen.
Wie ons verwachtte had het pand
al aangekruist, we zeiden:
een konijntje op zijn kant,
maar niemand lacht om blinde dieren.
We praatten wat, een van ons
telde de kwartieren.
2
3645
Dierenverhalen
Top 100
Ik zag in jou nog nooit een vis.
Het spijt me, kennelijk ken ik
mijn dieren nog niet goed genoeg,
wanneer ze zich in jou verstoppen.
Een vijver wel, zoals in iedereen,
met kringen, water dat op water drijft
en omtrek waar ik soms omheen ben, dier
met dorst en aarzelingen.
3
3660
Landbouw
Top 1000
Te beschrijven: hoe boosheid als vogels
In je verwarde hoofd belandde, aan zoveel
Liegende bewoners niet gewend.
Boosheid, zonder zang nog, vindt
Een stem genesteld, naald op een
Bevroren vleesstuk, voren trekkend als
Over de draaiende aarde een boer
zijn raspwerk, de armen kruislings
Aan de grond genageld, even omkeerbaar
Als boosheid, tot hij het groen tevoorschijn krast
En duwt naar het trekkende licht
En wacht op een vlaag, een beweging, vogels misschien,
Of een hand, oogst, verwijdering, weg.
En zegt dat we voor regen gelijk zijn.
4
3643
Vroeger
Top 1000
Wij groeiden op in vriendelijker tijden
meer mussen droeg de heg, de stenen
lieten ruimschoots over voor het gras
wij waren beter en bescheiden, als gouden
waterpas gevuld met spaarzaamheid, met
wat er was of door ons werd gevonden.
Wij hadden tijd voldoende om te wachten
wij ergerden ons niet aan gravitas, je moest
ons opgestapeld zien in onze stoelen, terwijl
twee nachten weer een dag verslonden.
We zuchtten wat, vertrokken onze smoelen
en vermoedden geen seconden
Wij waren zo veel kleiner dan de huizen
waarin wij bescherming zochten, nooit
raakten onze stemmen het plafond.
geketend aan bestek bevochten we
de tafelranden, proostten tastend op
plaats, handeling en gebrek.